Bron: <b>DUO</b><br />Vergelijkbare instellingen: <b>alle instellingen in het basisonderwijs met een vergelijkbare schoolweging en leerlingenaantal</b><br /> <a href="https://encyclopedie.vensters.nl/indicator_po/3418f8d2-188d-490e-88d6-436f8aba8b8a" class="button button-link" target="_blank"><i class="fas fa-external-link-square-alt"></i> Achtergrondinformatie</a>">Bron
Alle groepen hebben twee keer per week bewegingsonderwijs van een vakdocent. Daarnaast verzorgen we periodiek en in samenwerking met Stichting Educatieve Projecten theater, dans en drama lessen.
In de onderbouwgroepen worden de doelen voor de eerste twee leerjaren gerealiseerd. De doelen en daar bij passende activiteiten worden met behulp van de werkwijze 'Inzichtelijk' gepland. We maken daarbij gebruik van verschillende bronnen en methoden. Het gaat daarbij om veelal geïntegreerde activiteiten, werkvormen en het spelen. Zo komen onder andere sociaal gedrag, de taalontwikkeling, de ontwikkeling van het denken, de ontluikende geletterdheid en gecijferdheid, de motorische ontwikkeling aan bod.
Elke basisschool moet haar onderwijs zo inrichten dat de leerlingen in acht schooljaren tenminste 7520 uren onderwijs krijgen. Dit is wettelijk bepaald. In de eerste vier schooljaren zijn dit ten minste 3520 uren en in de laatste vier schooljaren tenminste 3760 uren. Bij AMOS hebben we de afspraak gemaakt dat alle scholen voor elk leerjaar 940 uren inplannen. De Timotheusschool hanteert een continuroostervan vijf gelijke dagen van 8.30 – 14.15 uur.
Ieder kind uit de buurt is welkom op de Timotheusschool
Wij werken hard aan bijzonder goed onderwijs met voor elk kind de aanpak die werkt. Wij willen dat elk kind het onderwijs krijgt dat het nodig heeft, zo dicht mogelijk bij huis. Natuurlijk zijn er grenzen aan wat we onze leerlingen kunnen bieden. Wat we nog niet kunnen, willen we leren. Wat we niet alléén kunnen, doen we samen met anderen. En als we de benodigde ondersteuning niet kunnen bieden, gaan we samen met ouders op zoek naar een plek in de buurt waar dat wel lukt.
- De Timotheusschool is een school waar rust heerst en structuur is. Er is sprake van een prettige werksfeer in het gebouw. We hanteren duidelijke afspraken en dragen deze als team uit. We zijn een veilige school.
- De Timotheusschool is een Jump-in school. Dat betekent dat we veel aandacht besteden aan bewegen en gezonde voeding.
- De Timotheusschool besteedt veel tijd aan taal en rekenen. Daarbij is er een uitgebreid aanbod voor dans, drama en muziek.
- De Timotheusschool realiseert extra aanbod, tijd en ondersteuning voor leerlingen met ernstige leesproblemen en dyslexie. In samenwerking met een externe partner zijn er mogelijkheden voor (door de verzekering vergoede) behandeling van het leren omgaan met dyslexie.
Zorgplicht
Zorgplicht betekent dat het schoolbestuur en de school voor iedere leerling die op de school zit of zich aanmeldt en voor wie ook plek is, voor passend onderwijs moeten zorgen. Hierbij moeten zij eerst nagaan wat de school zelf kan doen, met of zonder extra ondersteuning. Belangrijk bij de uitvoering van de zorgplicht is dat de school met ouders overlegt wat de onderwijsbehoefte van de leerling is en welke ondersteuning hierbij het beste past. Klik hier voor meer informatie over passend onderwijs en zorgplicht.
Wat houdt Passend onderwijs in?
Passend onderwijs wil zeggen dat de school waar uw kind is ingeschreven de hulp en begeleiding moet bieden die uw kind nodig heeft. Als uw kind meer hulp of ondersteuning nodig heeft dan de school van uw kind kan bieden, dan zal de school, samen met u, een andere school voor uw kind moeten zoeken. Het initiatief ligt dus steeds bij de school van uw kind. U hoeft niet zelf op zoek.
In het schoolondersteuningsprofiel (SOP) van de school van uw kind staat beschreven welke hulp en ondersteuning de school al in huis heeft. Denk aan rekenspecialisten, deskundigen op het gebied van dyslectie etc. De school kan als dat nodig is ook specifieke ondersteuning in huis halen, bijvoorbeeld advies van-, of begeleiding door een (gedrags)deskundige, een logopedist of een psycholoog.
Naast deskundigheid en expertise die aanwezig is in de school, of die door de school in huis kan worden gehaald, spelen ook andere factoren een rol. Zo kan binnen een kleine klas vaak meer begeleiding worden geboden dan binnen een klas met veel leerlingen. En niet elke school heeft een lift voor kinderen die slecht ter been zijn of niet kunnen lopen.
Soms blijkt dat het echt niet lukt om een kind binnen de eigen school passend onderwijs te bieden. In die situaties zal de school het samenwerkingsverband Amsterdam Diemen (SWV) vragen om met de school mee te kijken en te beoordelen of een kind een andere vorm van onderwijs nodig heeft. Bijvoorbeeld speciaal onderwijs (SO) of speciaal basisonderwijs (SBO). Als het gaat om een kind met een taalontwikkelingsstoornis en het de school niet lukt om passend onderwijs te geven, dan kan het kind ook naar een speciale school. Het is dan niet het SWV maar een organisatie genaamd Kentalis die de beoordeling doet.
Samenwerkingsverband Amsterdam Diemen
Alle schoolbesturen in Amsterdam en Diemen hebben samen en op grond van de wet, een samenwerkingsverband opgericht. Het Samenwerkingsverband Amsterdam Diemen (SWV). Dit SWV ondersteunt en adviseert de aangesloten scholen bij de uitvoering van passend onderwijs. Kijk voor meer informatie over passend onderwijs in Amsterdam en Diemen op de website van het Samenwerkingsverband Amsterdam Diemen www.swvamsterdamdiemen.nl. U kunt het Samenwerkingsverband als volgt bereiken:
Samenwerkingsverband primair onderwijs Amsterdam Diemen
- Bijlmerdreef 1289-2 1103 TV Amsterdam
- T: 020 7237100
- E: secretariaat@swvamsterdamdiemen.nl
Samenwerking met de gemeente voor jeugdhulp
Onze school vindt een goede samenwerking met de jeugdhulp heel belangrijk. De school werkt daartoe samen met de Ouder- en Kindteams van de gemeente. Heeft u vragen of zorgen over uw kind, neem dan contact op met de ouder- en kindadviseur van onze school: Fatima Ourhis, f.ourhis@oktamsterdam.nl of via: 06-41419539.
Medezeggenschap bij passend onderwijs
Er zijn verschillende medezeggenschapsorganen betrokken bij passend onderwijs:
- Medezeggenschapsraad van de school: de MR van de school is samengesteld uit leerkrachten en ouders en heeft adviesrecht op het schoolondersteuningsprofiel.
- Ondersteuningsplanraad: dit is de medezeggenschapsraad van het Samenwerkingsverband. Deze raad heeft instemmingsrecht op het ondersteuningsplan. Hierin staan de afspraken van de schoolbesturen die zorgen dat alle kinderen een passende onderwijsplek krijgen. De raad in Amsterdam Diemen bestaat uit tien personen: vijf ouders en vijf personeelsleden van de scholen.
- GMR van de schoolbesturen: de besturen waar meerdere scholen onder vallen hebben een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. In de GMR zitten vertegenwoordigers van de ouders en het personeel. De GMR heeft formeel geen rol in de medezeggenschap op passend onderwijs. Toch heeft zij een belangrijke rol. Het budget voor extra ondersteuning wordt in het Samenwerkingsverband primair onderwijs Amsterdam Diemen geheel toebedeeld aan de besturen. De GMR heeft informatierecht en daarmee inzicht in de wijze waarop het schoolbestuur de toewijzing van extra ondersteuning organiseert. De GMR kan gevraagd of ongevraagd advies uitbrengen.
Toekomstig aanbod aan extra ondersteuning
We hebben de afgelopen jaren doelgericht ons aanbod uitgebreid en verder afgestemd om de kenmerken van onze leerlingenpopulatie. Voor taal, rekenen en gedrag kunnen we meer dan voorheen leerlingen ondersteunen die dat nodig hebben. We zijn een school met onderwijs vol kansen en hebben diverse expertise onder één dak.
We zijn ervan overtuigd dat jonge kinderen leren via spel en hun natuurlijke nieuwsgierigheid. Dat stimuleren we. We structureren dit ook, zodat ieder kind leert en ontwikkelt. Daar besteden we extra aandacht aan Dat doen we door ze te ondersteunen of aan de hand te nemen, door ze vertrouwen te geven, maar soms ook door ze extra te laten oefenen.
We ontvangen extra budget vanuit de lokale overheid, zodat we iedere kleuter de kans kunnen geven zich zo passend mogelijk te ontwikkelen. Dat budget geeft ons de ruimte om met relatief kleine kleutergroepen te starten (tussen de 15 en 20 kinderen) en onderwijsassistenten in te zetten voor het begeleiden van kinderen.