3e Daltonschool Alberdingk Thijm

Handige informatie

• Op welke manier worden ouders betrokken bij deze school?

  Op welke manier worden ouders betrokken bij deze school?

  De 3e Daltonschool kent een goede ouderbetrokkenheid. Uit meerdere onderzoeken blijkt dat ouderbetrokkenheid een positief effect heeft op het functioneren van leerlingen binnen de school, hun cognitief functioneren, hun schoolprestaties en op hun werkhouding. De kern hiervan is de interactie tussen ouders en kind. De kwaliteit van de ouder-kind interactie is een sterkere voorspeller van leerresultaten dan de mate waarin ouders op school actief zijn. We hechten dan ook veel waarde aan de relatie die de leerkracht met kind én ouders heeft. We noemen dat educatief ouderschap. Als school willen we met elke ouder een educatief partnerschap waarbij de leerkracht en de ouder beide het beste voor hebben met de leerling. Beide zetten zich in om op constructieve wijze het beste uit de leerling te halen. Hieronder wordt de standaardcommunicatie uitgelegd. Mocht u echter behoefte hebben aan extra contact dan kunt u altijd een afspraak maken met de directie.

  Sluiten

• Op welke manier informeert deze school de ouders?

  Op welke manier informeert deze school de ouders?

  Ouderbijeenkomsten
  De school kent verschillende soorten informatie-momenten waarop ouders worden uitgenodigd om zich te laten informeren over allerlei zaken. Bijvoorbeeld de oudergesprekken, ouderbijeenkomsten en de medezeggenschapsraad en de ouderraad

  Informatieochtend bij aanvang van het schooljaar
  De groepsleerkrachten organiseren in het eerste kwartaal van het schooljaar een informatiebijeenkomst voor alle ouders van hun groep. U krijgt dan informatie over wat uw kind gaat leren en welke specifieke activiteiten voor dit schooljaar op de rol staan. Dit jaar is dit een informatieochtend waarin de leerlingen laten zien wat we zoal doen op school.

  Wengesprekken en startgesprekken
  Voor de leerlingen die in groep 1 starten, vindt na 6 tot 8 weken onderwijs een wengesprek plaats. Vanaf groep 3 vinden er startgesprekken plaats. Deze zijn gepland aan het begin van het schooljaar en zijn bedoeld om met elkaar te bespreken wat er van elkaar verwacht wordt en heldere afspraken te maken voor het komend jaar. De leerling kan aangeven aan welke doelen hij/zij wil werken. 

  Voortgangsgesprekken
  In november is er een voortgangs gesprek zonder rapport en in maart en in juni met rapport. Alle leerlingen krijgen twee keer per jaar een rapport, ouders worden dan uitgenodigd voor rapportgesprekken, vanaf groep 3 is daarbij ook uw zoon of dochter aanwezig. Tijdens het rapportgesprek wordt het rapport uitgereikt. Op het moment dat u een vraag heeft of behoefte aan contact met de leerkracht, staat hij/zij daarvoor uiteraard open. Andersom is ook mogelijk; resultaten of gedrag van uw kind kunnen vragen oproepen bij de leerkracht. Er zal in dat geval contact met u worden opgenomen. U kunt via de mail een afspraak te maken. 

  Nieuwsbrief en Parro-app 

  Vrijwel alle informatie gaat via de parro-app of het nu gaat om informatie voor de hele school of voor de groep. Via de parro-app worden de meeste brieven verstuurd. U kunt de app downloaden op uw telefoon.                                                                                                                                                                                           

  Sluiten

• Hoe kunnen ouders meedenken en -praten over het beleid?

  Hoe kunnen ouders meedenken en -praten over het beleid?

  Ouders praten mee via:

  • Klassenouder
  • Medezeggenschapsraad/ GMR
  • Ouderraad

  Sluiten

• Wat is de klachtenregeling?

  Wat is de klachtenregeling?

  Op de 3e Dalton school zijn er 2 interne contact personen aangesteld, dit zijn Ysanne Helsdingen en Juliette Helsdingen. Op beide locaties hangt een brievenbusje. Leerlingen, ouders en teamleden kunnen hier hun vraag in deponeren over zaken die spelen, bijvoorbeeld in het kader van agressie, cyberpesten of seksuele intimidatie, waarbij privacy en vertrouwen een essentiële rol spelen. Ysanne of Juliette zal dan contact opnemen. Zij zijn als contactpersoon geschoold en kunnen vanuit hun positie weer doorverwijzen naar de externe vertrouwenspersoon van de stichting OOadA. De externe vertrouwenspersoon is werkzaam bij het ABC. In de klachtenregeling staat de procedure hiervoor beschreven.

  Lukt het ook met inschakeling van de interne contactpersoon niet om tot een oplossing te komen dan bestaat de mogelijkheid contact op te nemen met:  

  I.               Een externe vertrouwenspersoon van de stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel. De stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel beschikt over een onafhankelijke, externe vertrouwenspersoon: Mevrouw Minke Fuijkschot Telefoon: 06-31631673 Email:      mfuijkschot@hetabc.nl. Zij kan advies geven en, met instemming van de klager, nagaan of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt.  De externe vertrouwenspersoon kan een melder van een klacht  begeleiden en ondersteunen bij eventuele verdere stappen, bijvoorbeeld richting het schoolbestuur, de Landelijke Klachtencommissie, hulpverlening of justitie. Wij hopen echter dat het niet zover zal komen.  

  II.             Daarnaast bestaat de mogelijkheid een officiële klacht bij het schoolbestuur in te dienen. Een dergelijke klacht kan worden ingediend bij:   Het college van Bestuur van de stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel T.a.v. de heer B Groenewoud, voorzitter Postbus 51356 1007 EJ Amsterdam   De wijze waarop een klacht bij het College van bestuur dient te worden ingediend en de manier waarop een klacht wordt behandeld staat beschreven in de klachtenregeling van de stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel.   

  III.             Tenslotte kan de klacht ook voorgelegd worden aan de Landelijke Klachtencommissie (LKC) waarbij ons  schoolbestuur is aangesloten. De klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bestuur over eventueel te nemen maatregelen. Het reglement van de Landelijke Klachtencommissie is in te zien op de website www.onderwijsgeschillen.nl  

  Landelijke Klachten Commissie (LKC) Postbus 85191 3508 AD Utrecht

  Telefoon: 030-2809590           Fax:  030-2809591          Email: info@onderwijsgeschillen.nl 

  Sluiten

• Bij welke activiteiten werkt de school samen met ouders?

  Bij welke activiteiten werkt de school samen met ouders?

  De Medezeggenschapsraad (MR)
  De Medezeggenschapsraad is een wettelijk verplicht beleidsorgaan. Ouders en personeel hebben via deze raad de kans om mee te praten, advies te geven en mee te beslissen over zaken die binnen onze school spelen. Daarbij valt te denken aan het schoolplan, het jaarplan, het formatieplan of iets eenmaligs als het opknappen van het schoolplein. De MR let erop dat zaken die voor de school als geheel belangrijk zijn ook openbaar worden gemaakt en besproken worden en heeft het recht om voorstellen te doen waarop de directie moet reageren. De MR bestaat uit 6 leden: 3 ouders en 3 personeelsleden, de directeur is meestal aanwezig op uitnodiging van de MR. Alle vergaderingen van de MR zijn openbaar en toegankelijk voor alle ouders, als toehoorder. De data staan in de agenda op onze website. Het mailadres van de MR is: medezeggenschapsraad@derdedalton.nl 

  De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR)
  De GMR bestaat uit afgevaardigden van de MR van alle scholen die onder ons bestuur vallen. In de GMR zitten per school een leerkracht of een ouder. De GMR heeft advies- of instemmingsrecht over zaken die voor alle scholen binnen ons bestuur gelden. Bijvoorbeeld de regeling functioneringsgesprekken en het werktijden-reglement. De GMR vergadert ongeveer vijf keer per jaar.  

  Actieve (klassen)ouders en Ouderraad (OR)
  Elke groep heeft één of meer klassenouders. Jaarlijks vraagt de leerkracht of er ouders zijn die deze taak op zich willen nemen. Ook ouders die zelf minder tijd hebben kunnen klassenouder worden; zij doen niet alles zelf maar helpen de leerkracht met het organiseren van de benodigde hulp. De Ouderraad bestaat uit een vaste groep actieve ouders. De Ouderraad heeft een voorzitter, een notulist en een penningmeester. De taken bestaan uit het helpen bij de voorbereiding van feesten, het kopen van bijvoorbeeld de schoencadeautjes in december en het versieren van de school, alles uiteraard in nauw overleg met het team. De samenwerking tussen het team en de Ouderraad is van groot belang, twee leerkrachten maken onderdeel uit van deze raad om zodoende de communicatie te optimaliseren. Bij iedere vergadering wordt gekeken welke activiteiten hulp en assistentie behoeven. 

  
  

  Sluiten

• Wat is de hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage?

  Wat is de hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage?

  €75,00

  Wat wordt met dat geld gedaan?

  • Kerst
  • Schoolkamp
  • Schoolreis
  • Eindactiviteiten groep 8
  • Eindejaarsmaaltijd
  • Sinterklaasviering

  Zijn er overige vrijwillige schoolkosten?

  Ja

  Wat wordt daarmee betaald?

  Alleen voor het schoolkamp van de groepen 8 vragen we een extra bijdrage.

  Extra informatie over ouderbijdrage

  De penningmeester van de ouderraad is verantwoordelijk voor het innen van de ouderbijdragen en de besteding van deze gelden. De penningmeester heeft één keer per jaar een gesprek met de directie van de school waarin de begroting wordt besproken en legt ook verantwoording af over de wijze waarop de ouderbijdragen in het afgelopen jaar is beheerd. (zie ook op onze website)

  Sluiten

• Hoe melden ouders hun kind ziek of afwezig?

  Hoe melden ouders hun kind ziek of afwezig?

  Over schoolverzuim

  Scholen zijn verplicht ongeoorloofd schoolverzuim te melden bij de leerplichtambtenaar. Soms kan het zijn dat een leerling niet naar school kan gaan en er sprake is van geoorloofd schoolverzuim. Op de website van de Rijksoverheid (www.rijksoverheid.nl) staat uitgelegd hoe en wanneer er sprake is van geoorloofd verzuim.

  Voorwaarden voor geoorloofd schoolverzuim

  • bij ziekte moet de directeur dit op tijd horen;
  • bij een verplichting vanuit een geloofsovertuiging moet de ouder/voogd de directeur van tevoren informeren;
  • voor afwezigheid wegens een huwelijk of uitvaart moet de directeur vooraf toestemming geven.

  Is het niet mogelijk op vakantie te gaan tijdens de schoolvakanties? Dan kunt u bij de schoolleiding toestemming vragen voor schoolverlof buiten de schoolvakanties.

  Hoe melden ouders hun kind ziek?

  Het is belangrijk dat u uw kind afmeldt als het niet naar school kan. Graag telefonisch vanaf 8 uur (020-6624480). De school is verplicht al het verzuim te registreren. Zij moet daarbij vermelden of het verzuim geoorloofd of ongeoorloofd is en zij moet van elk geoorloofd verzuim de reden aantekenen. Om op tijd een melding bij de LAS te kunnen doen, is het noodzakelijk dat de verzuimregistratie actueel en volledig is.   

  Langdurig zieke kinderen                                                   

  Als een kind langdurig ziek is, kan het hulp krijgen van verschillende instellingen, waaronder de Stichting Onderwijs aan Zieke Kinderen Thuis.  Wij hebben een protocol zieke leerlingen en hanteren dit stappenplan.

  Hoe vragen ouders verlof aan voor hun kind?

  Extra verlof mag alleen worden toegekend wegens gewichtige omstandigheden of vanwege de aard van het beroep van (één van) de ouders. Over verlof van 10 dagen of minder beslist de directeur van de school. Hiervoor gelden dezelfde verlofgronden als voor een aanvraag via leerplicht ambtenaar lopen. Volgens afspraak met de officier van justitie te Amsterdam is het geven van verlof aansluitend aan een schoolvakantie niet toegestaan.  Bij de aanvraag van verlof dienen eventuele bewijsstukken te worden ingeleverd. Dit dient voorafgaand aan de verlofperiode te gebeuren. Verlof voor het voldoen aan religieuze verplichtingen is een kennisgeving, geen aanvraag.

  Sluiten

• Wat is het toelatingsbeleid?

  Wat is het toelatingsbeleid?

  Aanmelden kleuters, groep 1/2 

  Stedelijk Toelatingsbeleid
  In het schooljaar 2015/2016 startte het stedelijk toelatingsbeleid. Dit betekent dat kinderen die geboren zijn op of na 1 juli 2011 onder dit beleid vallen. 

  Als uw kind drie jaar is, ontvangt u van de gemeente informatie over de aanmelding en inschrijving voor de basisschool. U heeft daarna minimaal 6 maanden de tijd om u te oriënteren, scholen te bezoeken en u aan te melden. U meldt uw kind vervolgens aan op de school van eerste keuze. Deze school registreert de aanmelding in een centraal systeem. U moet hierbij ook aangeven wat de tweede, derde en volgende keuze is. 

  De school kent op dit moment geen wachtlijst, hierdoor kunt u uw kind direct aanmelden bij de administratie. Er wordt altijd een gesprek met de VVE-coördinator voor de intake gemaakt. De plaatsing gebeurt automatisch op basis van de door u aangegeven voorkeursscholen en de voorrangsregels. Minimaal 6 maanden voordat uw kind naar de basisschool gaat, krijgt u te horen op welke school een plaats voor uw kind is gereserveerd. Daarna kunt u uw kind aanmelden voor inschrijving op deze school. 

  Ieder kind heeft voorrang op acht scholen in de buurt. De voorrang wordt bepaald door de loopafstand tussen het woonadres van het kind en de basisschool. Wilt u een overzicht van uw voorrangsscholen? Vul dan uw postcode en huisnummer in op Amsterdam.nl/schoolwijzer. Daarnaast heeft uw kind mogelijk voorrang op enkele scholen waarvoor het woonadres niet telt. Dit zijn de scholen: GBS Veerkracht, Rosj Pina, Cheider, Crescendo en de Morgenster. Deze scholen hebben een stedelijke functie op basis van hun religieuze richting. 

  Indien de school voldoende plaatsen heeft voor het aantal aanmeldingen, dan wordt uw kind automatisch geplaatst. Bij ruim 75 procent van de Amsterdamse scholen is dit het geval. Als er meer aanmeldingen dan plaatsen zijn, dan gelden er voorrangsregels. Deze voorrangsregels zijn:

  • Een broertje of zusje zit op de school van eerste keuze op het moment dat het kind 4 jaar wordt;
  • Het kind heeft een VVE-indicatie, gaat naar de voorschool die bij de school is aangesloten en heeft de school als voorrangsschool;
  • Het kind zit op een Integraal Kindcentrum (IKC) waar de school van eerste keuze onderdeel van uitmaakt én heeft de school als voorrangsschool;
  • De ouder van het kind is werkzaam op de school in een dienstverband voor onbepaalde tijd;
  • Het kind heeft de school als voorrangsschool.

  Zij-instroom in hogere groepen
  Afspraken met leerplicht Amsterdam Zuid (leerplicht Zuid en Oost) binden ons aan het te voeren beleid. Op het moment dat de ouders hun kinderen van school willen laten wisselen binnen de buurt, gaat dit altijd in overleg met de directeur van de school waar het kind geplaatst is. Zolang de communicatie open is en er sprake is van dialoog, zal de school niet zomaar overgaan tot inschrijving. Bij aanvraag van een inschrijving door de ouders zal de directeur of intern begeleider altijd contact opnemen met de andere school. Bij immigratie of verhuizing kunt u contact opnemen met de administratie van de school. Er zal een afspraak met u worden gemaakt met de directeur of intern begeleider. 

  Aanmelding en plaatsing van leerlingen met een ondersteuningsbehoefte
  In de Wet passend onderwijs is opgenomen dat ouders hun kind schriftelijk bij de school van voorkeur aanmelden. Scholen moeten ouders vragen of ze hun kind al eerder bij een andere school hebben aangemeld. De schriftelijke aanmelding betekent in de praktijk dat ouders een inschrijfformulier van de school invullen en ondertekenen. Dit moet minimaal tien weken voordat plaatsing op een basisschool wenselijk is (dus minimaal tien weken voor de vierde verjaardag) gebeuren. 

  Als een kind extra ondersteuning nodig heeft, dienen ouders dat aan te geven. De school zal vragen of er gegevens beschikbaar zijn die inzicht geven in de ondersteuningsbehoefte, bijvoorbeeld onderzoeksrapporten. Bij de aanmelding van uw kind is die informatie, eventueel aangevuld met informatie van een kinderdagverblijf of peuterspeelzaal, de belangrijkste basis voor de school om vast te stellen of uw kind extra ondersteuning nodig heeft. Bij aanmelding van een leerling met een ondersteuningsbehoefte stelt de school zich de volgende vragen:

  • Wat is nodig om de leerling op de school te kunnen laten functioneren (afgestemd op zijn/ haar behoeften
  • Welke middelen staan de school ter beschikking en wat is mogelijk op basis van deze middelen
  • Waarom is de school wel of niet in staat – dankzij of ondanks de inzet van de middelen - de leerling kwalitatief goed onderwijs te bieden, afgestemd op diens behoeften? 

  De school heeft ook haar beperkingen, om de eenvoudige reden dat er grenzen zijn aan de mogelijkheden in het opvangen van kinderen. De volgende grenzen worden onderscheiden:

  • Een zodanige verstoring van rust en veiligheid binnen de groep, dat het leerproces van het kind wordt belemmerd. Daarbij stellen wij altijd dat een kind leerbaar moet zijn. Extra ondersteuning is mogelijk binnen de groep en incidenteel buiten de groep. In zeer uitzonderlijke gevallen is het mogelijk voor een bepaalde periode een onderwijsarrangement bij het samenwerkingsverband aan te vragen. Bij externe hulp zal altijd sprake moeten zijn van gekwalificeerd personeel dat instemt met de visie van onze school, en dat specifieke kennis en kunde heeft op het probleemgebied van de betreffende leerling. In de verhouding tussen verzorging/behandeling en het onderwijsaanbod dient het onderwijs te kunnen prevaleren
  • Verstoring van het leerproces van de andere leerlingen en gebrek aan opnamecapaciteit (aantal leerlingen per groep) zijn eveneens mogelijke grenzen
  • Onze school heeft geen lift. Dit betekent dat het voor ons onmogelijk kan zijn kinderen met een fysieke beperking onze school te laten bezoeken. 

  Voordat de school overgaat tot de toelating van een leerling met een speciale ondersteuningsbehoefte dient een zorgvuldige afweging plaats te vinden tussen de belangen van de leerling, de belangen van de school en de belangen van de andere leerlingen. Een eventuele plaatsing van een dergelijke leerling in het regulier primair onderwijs moet de ontwikkeling van het kind bevorderen. Hoewel onze school het als haar taak ziet in voldoende mate tegemoet te komen aan de ontwikkelingsbehoefte van de leerling, zijn sommige kinderen beter op hun plaats op een andere basisschool, in het Speciaal basisonderwijs (SBO) of het Speciaal Onderwijs (SO). Ten einde tot een dergelijke zorgvuldige afweging te komen, wordt een stappenplan gehanteerd.

  Sluiten