OBS De Archipel

Toelichting van de school

Wij werken nauw samen met de Schoor en Kinderopvangorganisatie Partou. Samen met deze partners werken wij samen om kinderen van 0-12 jaar zoveel mogelijk waardevolle activiteiten te bieden zodat deze kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen.



Leerontwikkeling en aanpak bij groep 1-2

Leerlingen in de groepen 1-2 komen met verschillende startniveaus binnen. Op de Archipel vinden we het belangrijk om aan te sluiten bij deze ontwikkeling en de volgende stap in de ontwikkeling te laten maken. Dit noem je ook wel de ‘zone van de naaste ontwikkeling.’

Aan de hand van betekenisvolle thema’s komen de verschillende leerdoelen spelenderwijs aan bod. Door middel van spel, imiteren, exploreren en onderzoeken krijgen de kinderen vat op de wereld om hen heen. De ontwikkelingen die de leerlingen hierbij doormaken worden geobserveerd en geregistreerd in het leerlingvolgsysteem ‘Inzichtelijk.’ Vervolgens wordt hier begeleiding en afstemming op verzorgd.



Het hogere doel 

Wat willen wij de leerlingen bijbrengen? 

• We ontwikkelen zorgzame en betrokken burgers; 

• De onderbouw van de Archipel brengt leerlingen uit verschillende werelden bij elkaar; 

• Het team, leerlingen en ouders zorgen voor elkaar. 

 

Het gewaagde doel 

Een uitdagend en inspirerend toekomstbeeld

• Alle leerlingen oefenen dagelijks in een veilige (al dan niet nagebootste) wereld met echte materialen om zo zelfvertrouwen en betrokkenheid te ontwikkelen. Op deze wijze kunnen kinderen zich voorbereiden om in de echte wereld eigenaar te worden van hun eigen ontwikkeling en zorg te dragen voor hun omgeving. 

 

Kernwaarden 

In het schooljaar 2023-2024 is er met het gehele onderbouwteam gesproken over welke waarden het onderbouwteam van de Archipel de kinderen in ieder geval wil meegeven. De belangrijkste kernwaarden in het team zijn:

1. Samenwerking tussen leerlingen onderling. 

De kinderen op de Archipel krijgen dagelijks de kans om samen te werken en te spelen. Voorbeelden zijn: het maken van taakjes, buiten spelen en spelen in hoeken. Tijdens het samenwerken stimuleren wij dat kinderen oog hebben voor elkaar, elkaar helpen en ondersteunen en voor elkaar zorgen. In de hoeken wordt zorgen voor elkaar geoefend. Tijdens het opruimen en het maken van werkjes wordt er gestimuleerd dat kinderen elkaar helpen als een opdracht lastig is voor een leerling. De leerkracht geeft hierin het voorbeeld en laat regelmatig zien in spel hoe zorgzaamheid en behulpzaamheid eruit ziet. 

1. Autonomie van de leerling 

Ook Autonomie wordt als belangrijke kernwaarde gezien. Een leerling mag een eigen identiteit hebben en alle leerlingen hebben verschillende talenten en interesses. Hier wordt regelmatig aandacht aan besteed, beginnende bij het thema ‘thuis’ dat elk jaar in de onderbouw wordt herhaald. Daarnaast wordt er veel aandacht besteed aan de zelfredzaamheid van onze leerlingen. Van kinderen wordt bijvoorbeeld verwacht dat zij zelf hun jas kunnen pakken en deze kunnen aantrekken, hun spullen opruimen en zorgdragen voor hun leefomgeving. Als dit nog niet lukt, besteed de leerkracht extra aandacht aan deze vaardigheden zodat de leerlingen zelfredzaam worden. Ook wordt er dagelijks aandacht besteed aan eigenaarschap binnen de onderbouw. Bijvoorbeeld, door middel van de weektaak kunnen kinderen zelf plannen wanneer zij een werkje willen doen. Als zij aan het begin van de week alle werkjes afhebben, betekent dit dus dat zij de rest van de week meer kunnen spelen. De leerkrachten bespreken met de kinderen de planning en stelt hier vragen over om na te denken over de keuzes die kinderen maken. 



Kernkwaliteiten 

Deze kernkwaliteiten maakt ons uniek en gaan over wie wij zijn als team. 

Ons team is: 

• Zelfstandig; 

• Verantwoordelijk; 

• Empathisch en zorgzaam; 

• Leergierig; 

• Enthousiast en gedreven; 

Door middel van het volgen van onze kernwaarden en de inzet van onze kernkwaliteiten bouwen wij dagelijks met bouwstenen die ons bij ons hogere en gewaagde doel brengt.  

 

Omgaan met niveauverschillen

Iedere leerling leert op zijn eigen tempo en niveau en dit is oké. De leerkracht signaleert of bepaalde leerlingen een vertraagde ontwikkeling of ontwikkelingsvoorsprong laten zien. Het leerlingvolgsysteem ondersteunt hierbij. Aan de hand van een differentiatie-/ groepsplan en een themaplanning wordt uitgewerkt hoe deze leerlingen, vanuit het spelenderwijs leren, optimaal gestimuleerd worden in hun ontwikkeling. Zowel op individueel kindniveau als op groepsniveau. Vervolgens worden ook deze ontwikkelingen geobserveerd, gesignaleerd, geregistreerd en geëvalueerd. Deze cyclische en systematische manier van werken vormt de basis van het handelingsgerichte werken van de leerkracht.



Naast het leerlingvolgsysteem maken we in de groepen 1-2 ook gebruik van verschillende testen (o.a. de DRS, UGT en AVL) om achterstanden vroegtijdig te signaleren. De uitkomsten van deze onderzoekjes worden verwerkt in de differentiatieplannen en aanpak in de groep.

Indien gewenst wordt extra begeleiding verzorgd via onze speciale leerkracht of een van onze onderwijsassistenten.



Cyclisch werken

De sociaal emotionele ontwikkeling is een belangrijke pijler. Dit is immers en belangrijke basis voor het welbevinden en leren. Mede vanuit de Kanjertraining is er veel aandacht voor de sociaal emotionele ontwikkeling. Vanuit deze basis en de leerlijnen bij de overige vakgebieden wordt het onderwijs in de groepen 1-2 gepland. Er wordt gewerkt vanuit een maandelijkse plan-do-check-act cyclus. Hierbij staan elke maand bepaalde doelen centraal binnen een betekenisvol thema.



Naar aanleiding van deze doelen is er per blok een differentiatie plan opgesteld. Hierin wordt duidelijk welke aanbod de verschillende leerlingen in de groep aangeboden krijgen in de komende periode. Hierbij worden leerlingen zowel op instructiebehoeften als op basis van hun specifieke onderwijsbehoeften geclusterd.

 

Er zijn hierbij vier aanpakken: 

1. Korte, krachtige instructie/ verrijking van het aanbod;


2. Begeleide instructie/ basisaanbod; 


3. Verlengde instructie/ een vereenvoudiging van het basisaanbod of meer intensieve aanpak;


4. Individueel/ aanbod afgestemd op het individu.  

 

Indien een leerling (tijdelijk) onderwijsbehoeften of onderwijsaanbod nodig heeft die buiten de basisaanpakken (A, B, C) vallen wordt er een individueel plan opgesteld.  



De leerkracht plant vervolgens de activiteiten, zowel op groepsniveau als op individueel niveau.

Hierbij kun je denken aan:

• Verschillende soorten spelactiviteiten (o.a. rollenspel, constructiespel, regelspel);


• Groepsactiviteiten;


• Individuele taakjes;


• Activiteiten met de leerkracht samen.

De geobserveerde ontwikkeling wordt in het volgmodel geregistreerd en geanalyseerd. Aan het eind van een thema wordt geëvalueerd en vervolgens weer een nieuw plan opgesteld aan de hand van nieuwe speerdoelen.

 

• Heeft de school extra aanbod voor het jonge kind?

  Heeft de school extra aanbod voor het jonge kind?

  De school heeft het volgende extra aanbod voor het jonge kind:

  • Kinderopvang
  • Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) / peuteropvang
  • Brede school - bijvoorbeeld peutergym

  Sluiten

• Met wie werkt de school samen bij de aanbod voor het jonge kind?

  Met wie werkt de school samen bij de aanbod voor het jonge kind?

  De school werkt samen met:

  • Partou

  Sluiten